Voorkom extra heffing door de excessief lenen-wetgeving door tijdig het testament van cliënten aan te passen.
Sinds 2023 pakt de excessief-lenen maatregel het lenen bij de eigen vennootschap aan en belast het teveel geleende als een fictief dividend. Het grensbedrag bedraagt in 2024 € 500.000. Deze regeling pakt in sommige gevallen heel onredelijk uit. Hieronder werken wij een situatie uit waar de Wet excessief lenen nadelig uitpakt voor erfgenamen en er direct veel belasting betaald moet worden.
Eigenwoningschuld
In principe vallen alle schulden die de aandeelhouder (of bloed- en aanverwant in rechte lijn) aan zijn vennootschappen heeft onder de Wet excessief lenen, met uitzondering van de eigenwoningschuld.
Voorbeeld:
Johan is getrouwd met Maria en zij hebben één dochter, Benthe. Johan is 100% aandeelhouder van Spaarpot BV met een vermogen van € 2.000.000 en een verkrijgingsprijs van € 20.000. Johan heeft een rekening-courantschuld van € 400.000 en een kwalificerende eigenwoningschuld van € 1.000.000 bij Spaarpot B.V. Johan overlijdt.
Johan heeft in zijn testament Benthe tot enig erfgenaam benoemd en aan Maria (als langstlevende) het vruchtgebruik van de nalatenschap gelegateerd. Benthe erft dus het bloot eigendom van de aandelen, de rekening-courantschuld en de eigenwoningschuld en Maria het vruchtgebruik van deze drie vermogensbestanddelen.
Overlijden aandeelhouder
Johan overlijdt, wat leidt tot afrekening over het aanmerkelijk belang. De verschuldigde inkomstenbelasting bedraagt € 642.010.
De doorschuiffaciliteit is immers niet van toepassing, aangezien Spaarpot BV alleen beleggingen heeft. Het belastbaar inkomen in box 2 bedraagt € 1.980.000 (EV € 2.000.000 - VP € 20.000).
Geen uitzondering voor EWS
Benthe verkrijgt het bloot eigendom van de eigen woning en van de eigenwoningschuld. Voor Benthe is de woning geen eigen woning en de schuld is daarmee geen kwalificerende eigenwoningschuld, maar een ‘foute’ schuld! Deze wordt bijgeteld in de excessief lenen-grondslag, net als de € 400.000 aan rekening-courantschuld. Benthe heeft hierdoor een grondslag voor excessief lenen van € 1.400.000.
Als de schulden niet voor het einde van 2024 zijn afgelost tot het maximum van € 500.000, moet Benthe een positief fictief regulier voordeel in haar aangifte IB 2024 aangeven. Dit voordeel bedraagt € 900.000 (€ 1.400.000 – € 500.000). Te betalen box 2 belasting: € 291.305.
Liquiditeitsnadeel
Hoewel het lijkt of excessief lenen slechts een timingsinstrument is, kan excessief lenen-wetgeving – afhankelijk van hoe een en ander in het testament geregeld is – ervoor zorgen dat er een direct liquiditeitsnadeel ontstaat bij overlijden. Zoals uit bovenstaand voorbeeld blijkt, zijn de erven veel inkomstenbelasting verschuldigd in het jaar van overlijden van Johan (het rekenvoorbeeld betreft alleen de box 2 heffing, er is geen rekening gehouden met verdere inkomstenbelasting en erfbelasting).
Het is van belang om i). na te gaan of bij cliënten het excessief lenen vraagstuk speelt en ii). of bij cliënten met een hoge (eigenwoning)schuld na te gaan of en, zo ja, in hoeverre er bij testament rekening gehouden moet worden met excessief lenen zodat de erfgenamen niet voor een directe heffing in box 2 komen te staan.