Elk jaar op de derde dinsdag van september onthult de Nederlandse regering haar plannen en begrotingen voor het komende jaar of de komende jaren. De presentatie van dit jaar is bijzonder, omdat het een van de eerste gelegenheden is voor de nieuwe regering om haar plannen voor het land te delen. Het regeerakkoord schetst de standpunten en prioriteiten van de huidige coalitie en biedt cruciale inzichten in hun aanpak. In dit artikel richten we ons op de implicaties van deze prioriteiten voor bedrijven vanuit een ESG-perspectief. RSM heeft al een grondige analyse gemaakt van de plannen vanuit fiscaal oogpunt, die u hier kunt vinden. In dit artikel gaan we in op de belangrijkste prioriteiten van de overheid op het gebied van ESG, de mogelijke gevolgen voor de ESG-initiatieven en -activiteiten van bedrijven en strategieën om deze opkomende uitdagingen het hoofd te bieden.

Dit artikel is geschreven door Bart Ladru ([email protected]), Kirill van der Velde ([email protected]) en Iman Zalinyan ([email protected]). Bart, Kirill en Iman maken deel uit van RSM Netherlands Business Consulting Services met een specifieke focus op duurzaamheid en strategie.

Het perspectief van de huidige coalitie op ESG/Duurzaamheid 

Er kan een verandering in het perspectief van de regering op klimaatmaatregelen worden vastgesteld: er is een duidelijk doel om de duurzame transitie beter af te stemmen op economische welvaart, zoals ook wordt aangegeven door de titel van het nieuwe ministerie: Klimaat en Groene Groei. Dienovereenkomstig ligt er een sterke nadruk op innovatie en het aantrekken van investeringen als belangrijkste strategieën om de klimaatuitdagingen aan te pakken. Hoewel de meeste klimaatverbintenissen, beleidsmaatregelen en doelstellingen van de vorige coalitie van kracht blijven, is er ook een meer pragmatische benadering van ESG en duurzaamheid waarneembaar. De huidige regering benadrukt het belang van consistent klimaatbeleid, zodat bedrijven kunnen anticiperen op veranderingen en hun transities dienovereenkomstig kunnen plannen. In deze context streeft de regering ernaar de verbintenissen van het Akkoord van Parijs na te komen en de bestaande doelstellingen uit de EU- en nationale klimaatwetten te handhaven. De energietransitie en het oplossen van netcongestie blijven topprioriteiten. RSM heeft eerder een diepgaande analyse gemaakt van de energietransitie in de EU, die u hier kunt vinden.

De houding van de huidige Nederlandse regering ten opzichte van de veelbesproken Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) uit de Green Deal van de EU blijft een onderwerp van grote belangstelling. Nu de deadlines voor EU-bedrijven om aan hun rapportageverplichtingen te voldoen dichterbij komen, moet de Nederlandse regering de CSRD nog officieel opnemen in de nationale wetgeving. Daarentegen hebben landen als Italië, Frankrijk en Kroatië de richtlijn al overgenomen.

Gezien deze factoren blijft de aanpak van de nieuwe regering grotendeels consistent met eerdere toezeggingen, maar weerspiegelt deze een mentaliteitsverandering in de richting van een evenwicht tussen duurzaamheid en economische overwegingen. Hoewel de belangrijkste klimaatdoelstellingen worden gehandhaafd, laten de beleidsaanpassingen in de agenda voor 2024 een tendens zien om de ambities enigszins terug te schroeven of de uitvoering minder streng te maken. In de volgende paragraaf worden deze veranderingen en hun implicaties besproken.

De grootste veranderingen voor bedrijven vanuit ESG-perspectief 

Het Nederlandse klimaatbeleid verschuift naar een meer pragmatische en meer op de EU afgestemde aanpak, waarbij de nadruk meer ligt op naleving dan op overschrijding van de EU-normen. Belangrijke veranderingen zijn onder andere een grotere nadruk op kernenergie, waterstof en technologieën voor het afvangen en opslaan van kooldioxide (CCS) (hoewel er €1,2 miljard wordt bezuinigd op de budgetten voor waterstof en batterijen). In de energiesector kunnen de investeringskansen voor bedrijven die gebruik maken van kernenergie en waterstoftechnologie toenemen, hoewel lagere subsidies een uitdaging kunnen vormen voor waterstofprojecten. Industriële bedrijven die gebruik maken van CCS-technologieën kunnen profiteren van overheidssteun om emissies te compenseren. 

De extra CO2-heffing bovenop de EU-vereisten voor industriële bedrijven komt te vervallen, waardoor de regelgeving voorspelbaarder wordt. Deze verandering verlaagt de kosten voor de zware industrie en de verwerkende industrie, maar kan ook leiden tot minder stimulansen voor innovatie die verder gaan dan naleving. Ook in transport en logistiek biedt het uitstel van netto-nul-emissiezones tijdelijke verlichting, maar vertraagt het de verschuiving naar groenere praktijken.

Het stikstofbeleid wordt herzien, maar details over de uitvoering blijven onduidelijk. De nadruk ligt op het veiligstellen van landbouwbelangen, zonder gedwongen reducties of onteigeningen van veehouderijen, hoewel vrijwillige buy-outs zullen worden aangeboden. De mogelijkheid van een vrijstelling op EU-niveau wordt onderzocht, wat sectorbelangen kan beschermen, maar ook onzekerheid creëert voor boeren in de landbouw en voedselproductie, waardoor langetermijnplanning wordt bemoeilijkt zonder de onderliggende problemen aan te pakken.

Vanaf 2028 wordt er een nieuwe plasticbelasting ingevoerd, die afvalvermindering en de principes van de circulaire economie stimuleert en bedrijven in consumptiegoederen en verpakkingen dwingt om het gebruik van plastic te verminderen of te investeren in alternatieven om hogere kosten te vermijden.

Daarnaast breidt de regering haar klimaatadaptatiestrategie uit om problemen als overstromingen, hittestress en waterschaarste aan te pakken.

Sociaal en bestuur

De nieuwe regering van Nederland heeft een reeks beleids- en strategische veranderingen doorgevoerd die vooral gericht zijn op het verminderen van de milieu-impact van het land. Bij een ESG-beoordeling staat milieuduurzaamheid op de voorgrond, maar er wordt ook veel aandacht besteed aan sociale en governance-aspecten. 

Op sociaal vlak zet de regering zich in om de kwaliteit en toegankelijkheid van de gezondheidszorg en het onderwijs voor alle burgers te verbeteren. Dit omvat initiatieven om de wachttijden in de gezondheidszorg te verkorten, de beschikbaarheid van medische professionals te vergroten en ervoor te zorgen dat onderwijsinstellingen goed gefinancierd en toegerust zijn om onderwijs van hoge kwaliteit te bieden. Door deze essentiële diensten toegankelijker te maken, wil het kabinet gelijkheid bevorderen en het algehele welzijn van haar burgers verbeteren. Zo trekt de regering 2 miljard euro extra uit voor de gezondheidszorg en het onderwijs om deze initiatieven te ondersteunen. Als we dit vertalen naar de implicaties voor het bedrijfsleven, dan zouden deze veranderingen kunnen leiden tot gezondere, gelukkiger en bekwamere werknemers, wat zou resulteren in een hogere productiviteit en een lager ziekteverzuim.

De woningmarkt is in eerste instantie misschien niet gekoppeld aan bedrijfsprestaties, maar het aanpakken van het woningtekort is een ander belangrijk aandachtspunt om personeel aan te trekken en te behouden. De nieuwe plannen zijn erop gericht om meer betaalbare woningen te bouwen en de leefomstandigheden te verbeteren. Dit houdt in dat het aanbod van sociale woningen wordt vergroot, dat particuliere ontwikkelaars worden gestimuleerd om betaalbare woningen te bouwen en dat er beleid wordt gevoerd om ervoor te zorgen dat nieuwe ontwikkelingen duurzaam en energiezuinig zijn. Deze maatregelen zijn bedoeld om woningen toegankelijker en betaalbaarder te maken, vooral voor gezinnen met een laag of middeninkomen. Het budget voor woningbouw is met 1,5 miljard euro verhoogd om deze inspanningen te versnellen. 

Een van de pijlers van de nieuwe regering is een sterke verantwoordingsplicht en het herstellen van het vertrouwen van het publiek in de overheid. Het doel is om de bureaucratische rompslomp te verminderen en processen eenvoudiger te maken, zodat burgers en bedrijven gemakkelijker door de regelgeving kunnen navigeren. Verwacht wordt dat deze vereenvoudiging de efficiëntie zal verhogen en de algemene transparantie zal verbeteren. De overheid heeft €500 miljoen gereserveerd voor initiatieven gericht op vereenvoudiging van de regelgeving en verbetering van de efficiëntie. Daarnaast zijn regelmatige audits, openbare verslaglegging van overheidsactiviteiten en de oprichting van onafhankelijke toezichtsorganen enkele van de stappen die worden genomen om de verantwoordingsplicht te vergroten. Door een cultuur van transparantie te bevorderen, wil het kabinet vertrouwen opbouwen. Voor bedrijven kan dit leiden tot duidelijkere richtlijnen. Het is afwachten hoe dit zal helpen bij de aankomende deadlines van de CSRD.

Vooruitdenken

De nieuwe plannen zetten een ambitieuze toon, maar proactiviteit blijft cruciaal voor bedrijven. Er bestaat grote onzekerheid over het vermogen van de regering om haar strategie uit te voeren, aangezien sommige ambities niet overeenkomen met de huidige Europese wetgeving. Bedrijven moeten daarom niet passief blijven. Het is essentieel om strategieën aan te passen om ESG-metrics op te nemen en te zorgen voor naleving van nieuwe regelgeving uit de EU Green Deal, zoals de CSRD, EU Taxonomy, CBAM en de EU Deforestation Act.

Nederlandse bedrijven kunnen bij het ontwikkelen van transitieplannen anticiperen op verminderde overheidssteun. Het is daarom essentieel om deze plannen snel op te stellen, de hele organisatie erbij te betrekken en te voorkomen dat er te veel wordt vertrouwd op subsidies of andere overheidssteun.

RSM is toonaangevend op het gebied van duurzaamheidsadvies. We bieden regelmatig inzichten door middel van training en het delen van thought leadership op basis van gedetailleerde kennis van ontwikkelingen in de industrie en praktische toepassingen in de samenwerking met onze klanten. Als je meer wilt weten, neem dan contact op met een van onze consultants.